Canada: verschil tussen versies

Uit Wikivoyage
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Versie 76314 van 217.123.58.69 (overleg) ongedaan gemaakt: geschiedenis moet veel beknopter en op reizigers toegespitst worden
Regel 185: Regel 185:


==Geschiedenis==
==Geschiedenis==

Komst van de Europeanen
Viking kolonie te L'Anse-aux-Meadows

Bijna 500 jaar voordat Christoffel Columbus de Nieuwe Wereld ontdekte, waren het de Vikingen die Groenland en later ook Noord-Amerika zelf verkenden en zich er trachtten te vestigen. Bij opgravingen in L'Anse aux Meadows in Newfoundland zijn de restanten van een Noorse nederzetting aangetroffen die van rond het jaar 1000 stamt.

Reeds enkele jaren na Columbus' eerste tocht was het John Cabot die in 1497 de oostkust van het huidige Canada verkende en het voor koning Hendrik VII van Engeland claimde. Met zijn schip de Matthew zeilde Cabot langs de kust van Noord-Amerika van Labrador zuidwaarts tot aan de Chesapeake Bay. Het waren echter de Fransen die in de 16e eeuw serieus het achterland van Canada begonnen te verkennen; Jacques Cartier was de eerste in 1534. Frankrijk stichtte in 1605 de eerste nederzettingen in wat nu Port Royal is en in 1608 de stad Quebec.
Nieuw-Frankrijk
Kaart van Nieuw Frankrijk gemaakt door Samuel de Champlain rond 1612

De eerste Franse pogingen om voet aan de grond te krijgen in Canada verliepen moeizaam en enkele nederzettingen mislukten. De Franse aanwezigheid in Canada (Nieuw-Frankrijk genaamd) groeide echter langzaam in de jaren nadat de eerste permanente nederzettingen waren gesticht en de slechts enkele duizenden pioniers vestigden zich voornamelijk langs de St. Lawrence en langs de kust. Het was alleen Katholieken toegestaan zich in Nieuw-Frankrijk te vestigen, voor anderen was dat verboden.
’’Voyageurs’’ drijven handel

Landbouw en visserij waren aanvankelijk de hoekstenen van de economie en Franse handelaars (Voyageurs) drongen diep het achterland binnen en dreven handel in onder andere beverpelzen. Missionarissen poogden intussen de Indianen die rond de Grote Meren leefden tot het Katholieke geloof te bekeren. De Engelsen hadden zich intussen te Newfoundland en het zuiden van Nova Scotia genesteld alsmede rond de in 1610 door Henry Hudson ontdekte Hudsonbaai. Al snel laaiden er conflicten op tussen de Fransen en de Engelsen alsmede tussen de Europeanen en de oorspronkelijke indianenstammen als de Algonquin en de Iroquois. Deze conflicten liepen voor de oorspronkelijke bewoners meestal slecht af en de door de Europese pioniers meegebrachte ziekten eisten eveneens hun slachtoffers onder de Indianen.
Conflicten en neergang
Samuel de Champlain, ontdekkingsreiziger en gouverneur van Nieuw-Frankrijk

In 1629 werd Quebec door de Engelsen bezet en het duurde tot 1632 voordat Frankrijk weer de controle over Nieuw-Frankrijk verkreeg. In 1663 maakte koning Lodewijk XIV van Frankrijk van Nieuw-Frankrijk een kroonkolonie en provincie van het moederland met een gelijksoortige staatsinrichting als deze van Frankrijk. De in de late 17e eeuw en vroege 18e eeuw woedende oorlogen tussen de Engelsen en de Fransen in Noord-Amerika zoals de King William’s War en de Queen Anne’s War resulteerde in verlies van grondgebied voor Nieuw-Frankrijk. Hoewel Quebec behouden bleef voor Frankrijk vielen Newfoundland en delen van Acadië (Nu Nova Scotia) bij de Vrede van Utrecht in 1713 in Britse handen.

De Franstalige bevolking van Acadië weigerde zich te onderwerpen aan de Britten en in 1755 werden 12 000 van hen gedeporteerd. Een groot gedeelte van deze mensen vestigde zich uiteindelijk in Louisiana waar hun nazaten de Cajun nu nog wonen.

In 1756 echter brak de Franse en Indiaanse oorlog uit, een conflict dat behalve in de Amerikaanse koloniën ook in Europa zelf werd uitgevochten en daar de Zevenjarige Oorlog werd genoemd. Quebec werd vanaf zee belegerd terwijl een Brits leger onder generaal James Wolfe de Fransen een nederlaag te land bezorgde. In september van dat jaar viel Quebec ten prooi aan de Engelsen terwijl een jaar later bijna geheel Nieuw-Frankrijk in Canada in Engelse handen viel. Op 10 februari 1763 werd de Vrede van Parijs getekend en gaf Frankrijk officieel al haar gebieden in Noord-Amerika, behalve de eilanden Saint-Pierre en Miquelon, op ten gunste van de Britten.
Britse overheersing

Na de Britse overwinning in de Franse en Indiaanse Oorlog verkreeg het Verenigd Koninkrijk aldus de controle over ruim 50.000 Franstalige bewoners. In tegenstelling tot de deportaties van 1755 echter werd ditmaal gehoopt dat de Fransen zich in de gemeenschap zouden integreren. Teneinde dit in de hand te werken werd in 1774 middels de Quebéc Act de provincie Quebec gecreëerd en werd tevens de Franse civiele code en het Rooms-Katholieke geloof erkend.

Een jaar later zou de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog uitbreken in de Britse koloniën ten zuiden van Canada. Quebec werd korte tijd strijdtoneel en de Amerikanen bezetten enige steden in de provincie in de hoop Canada bij de revolutie te betrekken. Uiteindelijk werden zij echter uit Quebec verdreven en de provincie bleef trouw aan de Britse Kroon. Vele Quebecois echter meldden zich vrijwillig aan ten zijde van de Amerikanen.
Oorlog van 1812
De Slag bij Queenston Heights in 1813

Tijdens en vooral na de Amerikaanse Revolutie kreeg Canada te maken met een influx van Britse loyalisten die de jonge Verenigde Staten ontvluchtten. Zo’n 50.000 van hen vestigden zich in Brits Noord-Amerika dat nu bestond uit de Atlantische gebieden alsmede Upper Canada (nu Ontario) en Lower Canada (Nu Quebec). Deze onderverdeling werd officieel bekrachtigd via de Constitutional Act van 1791.

In 1812 brak er opnieuw oorlog uit in Noord-Amerika, tussen het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten en opnieuw werd Canada strijdtoneel. In 1812 en 1813 vielen Amerikaanse troepen Canada binnen en bezetten onder andere Fort York, het latere Toronto. Tevens verkregen de VS de controle over de Grote Meren na de Slag om het Eriemeer te hebben gewonnen. De Amerikanen hoopten net zoals bij de Onafhankelijkheidsoorlog een generatie eerder Canada bij de oorlog te betrekken maar hoewel een deel van de Canadese bevolking de invasie steunde, was er onvoldoende steun onder vooral de loyalisten en de Franstaligen die geen deel wilden gaan uitmaken van de VS. Omgekeerd vielen de Britten de VS binnen vanuit Canada maar werden op hun beurt teruggedreven. Hoewel de oorlog militair geen overwinnaar kende was de politieke en morele winnaar de VS die haar onafhankelijkheid bekrachtigde en zich definitief van de Britten ontdeed. In Canada echter werd en wordt de oorlog van 1812 gezien als een overwinning tegen een Amerikaanse invasie en is zij nog steeds belangrijk voor de Canadese nationale psyche.
Canada krijgt vorm

In de periode na de Oorlog van 1812 ontstond er onder de Canadese bevolking de behoefte aan meer eigen politieke identiteit en een meer onafhankelijke koers los van het moederland. Er waren twee stromingen die de meeste aanhangers kenden: de ene die zelfbestuur in de interne aangelegenheden wilde verkrijgen en een andere stroming die geheel onafhankelijk wilde worden en een republiek naar Amerikaans of Frans voorbeeld wilde oprichten in Canada.

Eén van de meer radicale hervormers was Louis-Joseph Papineau die als lid van de koloniale wetgevende vergadering in Lower Canada hervormingen trachtte door te voeren maar die door de Britse autoriteiten in de wind werden geslagen. In 1837 en 1838 laaiden deze hervormingspogingen op en braken er diverse gewapende opstanden uit in zowel Lower Canada als Upper Canada. Deze opstanden werden snel en bloedig door de Britten neergeslagen en diverse leiders van de opstandelingen, waaronder Papineau, vluchtten naar de Verenigde Staten. Tegelijkertijd trachtten Ierse immigranten tevergeefs het zuidwesten van Upper Canada, het gebied rond het huidige Windsor, Ontario, in te nemen om er een zelfstandige kolonie te vestigen.

In 1838 werd Lord Durham aangesteld als de nieuwe Gouverneur-Generaal in Brits-Noord-Amerika en hij kreeg als taak de oorzaak van de opstanden te onderzoeken. Zijn in 1839 opgestelde rapport Report on the Affairs of British North America (Rapport aangaande de toestand van Brits Noord-Amerika) stelde dat in zijn ogen de hoofdoorzaak van de opstanden de wrijving was die er tussen de Franstalige en Engelstalige bevolkingsgroepen bestond en dat een unie tussen de twee de enige oplossing was. Zo kon, zei hij, de achterwaartse Franse gemeenschap in de Engelse integreren waardoor het probleem van conflicterend nationalisme zou kunnen worden opgelost.
Act of Union

In 1840 kreeg Lord Durhams opvolger, Lord Sydenham, de taak om de aanbevelingen in Durhams rapport te implementeren en dit resulteerde in de Act of Union die Upper en Lower Canada samenvoegde om de provincie Canada te vormen. Hoewel beide delen evenveel zeggenschap kregen in de wetgevende vergadering van de verenigde provincie werd Engels de enige officiële taal en werden er pogingen ondernomen om de Franstalige gemeenschap volledig te verengelsen. Al snel echter werden een aantal van deze maatregelen weer ongedaan gemaakt en werd Frans wederom één van de officiële talen van Canada. Tevens kregen de leiders van de opstanden van 1837/38 amnestie en keerden verscheidenen van hen terug naar Canada.

Onder de Act of Union werden ook de relaties met de Verenigde Staten aangehaald en werden de meeste grenstwisten diplomatiek opgelost via verdragen. In de decennia die volgden werd echter de roep om meer eenheid en interne zelfstandigheid groter. Tevens was er een wens om westwaarts over het continent uit te breiden in navolging van de Amerikaanse expansie. De grens met de VS in de westelijke gebieden werd vastgesteld langs de 49e breedtegraad, in 1858 werd de kroonkolonie Brits-Columbia opgericht en in 1866 werd deze verenigd met Vancouvereiland.
Confederatie
Father of Confederation en eerste minister-president van Canada Sir John A. MacDonald
1rightarrow.png Zie Canadese Confederatie voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Gedurende en vlak na de Amerikaanse Burgeroorlog was er bezorgdheid over de mogelijke Amerikaanse expansie noordwaarts. Hoewel de provincie Canada politiek verre van stabiel was, besloten de Britten dat het in ieders voordeel was om Canada meer zelfstandigheid te verlenen. De twee meest invloedrijke politieke partijen in Canada vormden in 1864 een coalitie om dit doel te bereiken en ook in de Atlantische provincies New Brunswick, Nova Scotia, Prins Edwardeiland en Newfoundland was er een stroming op gang gekomen die politieke eenheid voor dat gebied wilden bewerkstelligen. In datzelfde jaar, 1864, werden er in Charlottetown, Prince Edward Island en in Quebec conferenties gehouden tussen vertegenwoordigers van de diverse provincies. Hoewel Prince Edward Island en Newfoundland uiteindelijk besloten niet in een confederatie met de andere provincie te treden vormden Canada, New Brunswick en Nova Scotia de Confederatie van Canada in 1867 en dit besluit werd op 1 juli 1867 door het Britse Parlement in Londen bekrachtigd middels de British North America Act (BNA). De zo ontstane entiteit kreeg de officiële titel Dominion of Canada en 1 juli werd ingesteld als de nationale feestdag (Dominion Day, sinds 1982 Canada Day geheten.) De confederatie was zelfstandig waar het interne aangelegenheden aangaat maar het parlement in Londen had nog steeds veel zeggenschap over Canada m.b.t. buitenlandse betrekkingen bijvoorbeeld. Ook kon alleen het Britse parlement de BNA, wat in feite Canada’s grondwet was, aanpassen na een verzoek daartoe van het Canadese parlement.
Canada vóór de Eerste Wereldoorlog
Métisopstanden

De eerste minister-president van het semi-onafhankelijke Canada werd de conservatieve John Alexander Macdonald die de regering in eerste instantie tussen 1867 en 1873 leidde. In 1869 verkreeg Canada onder zijn leiding de controle over Rupertland en de noordwestelijke gebieden die het van de Hudson's Bay Company kocht. De regering moedigde mensen aan om in de nieuw verkregen territoria nederzettingen te stichten wat al snel voor conflicten zorgde tussen de pioniers in die gebieden en de reeds daar gevestigde indianen en Métis, mensen van gemengd Frans en indiaans bloed die de nazaten zijn van vroege Franse bonthandelaren.

De Métis die rond de Red River leefden, in wat nu de provincie Manitoba is, trachtten eerst via onderhandelingen met de overheid de conflicten op te lossen maar al vlug brak er onder leiding van Louis Riel een opstand uit die door Canadese milities werd onderdrukt. Riel ontsnapte naar de VS om na ruim een decennium weer terug te keren, ditmaal naar het huidige Saskatchewan alwaar hij in 1885 wederom een opstand leidde, ditmaal tegen de nieuw gevormde North West Mounted Police. Wederom werd de militie ingeschakeld om de opstand neer te slaan en ditmaal werd Riel gevangengenomen en in november 1885 opgehangen na veroordeeld te zijn van landverraad. Een held van de Franse gemeenschap, Riels terechtstelling had een hernieuwd Frans nationalisme tot gevolg en de kloof tussen de twee bevolkingsgroepen van het land werd verder geopend.
Groei van een natie
Leden van de North West Mounted Police in Yukon Territory in 1900

De eerste Métisopstand had de vorming, in 1870, van de nieuwe provincie Manitoba tot gevolg. In deze provincie, die aanvankelijk slechts een fractie van haar huidige oppervlak besloeg, kregen de Franstalige Métis en indianen dezelfde rechten als Engelstalige inwoners en ook de gelijkheid van godsdiensten werd vastgelegd. Een jaar later besloot Brits-Columbia in de confederatie te treden nadat de eis dat er een transcontinentale spoorweg zou worden aangelegd werd ingewilligd. De route van deze spoorlijn zou door het dunbevolkte Northwest Territories lopen en werd in 1885 voltooid. De transcontinentale verbinding zou een essentiële rol gaan spelen in de decennia die volgde in de exploitatie van het immense binnenland van Canada en de bevolkingsgroei die hand in hand ging met het toenemende belang van de treinverbinding had de vorming van de provincies Saskatchewan en Alberta tot gevolg. De North West Mounted Police, de latere Mounties, bewaarde de orde in de westelijke gebieden.

In 1873 trad ook Prins Edwardeiland, na haar aanvankelijke weigering, toe tot de confederatie. Nadat Canada laat in de 19e eeuw ook de soevereiniteit over de Arctische eilanden van Groot-Brittannië verkreeg controleerde het land de grootste deel van de noordelijke helft van het continent van de Atlantische Oceaan tot de Grote Oceaan met uitzondering van het Amerikaanse Alaska en Labrador dat tot 1949 samen met Newfoundland Brits bezit bleef vooraleer het als de tiende provincie tot Canada toetrad.
Canada aan het eind van de 19e eeuw

MacDonald, die de regering van 1867 tot 1873 en van 1878 tot 1891 leidde, introduceerde een nationaal beleidsplan die hij zijn National Policy noemde. Dit plan moest de economie van het land versterken, vooral ten opzichte van dat van de Verenigde Staten waarvan de economie vele malen groter was dan de Canadese. Het plan hield naast de al genoemde transcontinentale spoorweg ook protectionistische tarieven in die de industrie van het land moest beschermen. Goederen konden nu sneller en efficiënter door het immense land getransporteerd worden en vooral het geïndustrialiseerde Ontario had hier voorbaat bij. MacDonalds beleid had ook als bijkomstigheid dat Canada haar onafhankelijkheid assertiever kracht bijzette.

De sterke bevolkingsgroei in de laatste jaren van de 19e eeuw en de eerste decennia van de 20e, vooral ten gevolge van immigratie vanuit Europa, hielp mee om de economische groei in Canada in die periode tot de sterkste in de wereld te maken. Een bevolkingsgroei van een andere orde vond plaats in de Northwest Territories in 1897 nadat in augustus van de jaar ervoor goud was ontdekt in een zijrivier van de Klondike. De korte maar enorme toestroom van goudzoekers noopte de regering het meest westelijke deel van de Northwest Territories waar de goudkoorts plaatsvond van de rest van het territorium af te scheiden en in 1898 werd het Yukon Territory gevormd. In 1901, nadat de Goudkoorts van Klondike haar beloop had gehad viel het inwoneraantal in de Yukon weer sterk terug.

Hoewel immigratie vanuit Europa werd aangemoedigd werden er stappen ondernomen om de toestroom van Aziatische immigranten aan banden te leggen. Hiertoe werden er toegangsgelden geëist van binnenkomende immigranten die vanuit China of India Canada wilden binnenkomen en werd voor een kwart eeuw na 1923 zelfs een geheel verbod op immigratie vanuit China afgekondigd. Deze maatregelen leiden heden ten dage nog steeds van tijd tot tijd tot protesten en een roep tot schadeloosstelling onder Aziatische groeperingen.
Wilfried Laurier en "Canada’s Eeuw"

In 1896 werd de Liberaal Wilfrid Laurier gekozen tot minister-president. Laurier wilde Canada’s nationalisme opwekken om zo een hechtere band tussen de Engelstalige en Franstalige bevolkingsgroepen te creëren. De focus, zo vond hij, moest meer op Noord-Amerika gericht zijn dan op het moederland en haar koloniale rijk. Laurier zag in Canada een wereldmacht in wording en hij verklaarde dat de 20e eeuw "Canada’s Eeuw" zou zijn.

Ondanks Lauriers beleid bleven er echter diepe meningsverschillen bestaan over wat de koers van het land moest zijn tussen de twee gemeenschappen. Nadat Groot-Brittannië in 1899 voor de Tweede Boerenoorlog een verzoek deed tot bijdrage aan de troepenmacht in Zuid-Afrika ontstond er hevig verzet onder de Franstaligen die geen deel wilde uitmaken van een Britse “imperiale oorlog” terwijl er onder de Engelstaligen veel animo was om aan de oorlog mee te doen. Laurier besliste uiteindelijk om in plaats van een legermacht uit te zenden slecht troepen die op vrijwillige basis diende in te zetten. Het gevoel onder de pro-Britse gemeenschap dat Laurier Canada te veel buiten de invloedssfeer van het Britse moederland wilde houden leidde uiteindelijk tot zijn nederlaag tijdens verkiezingen in 1911 waarbij de Conservatieven onder leiding van Robert Laird Borden winst boekte.
Canada in oorlog (1914-1918)
Canadese troepen dienen in de Eerste Wereldoorlog

Bij aanvang van de Eerste Wereldoorlog was Canada nog steeds slechts intern onafhankelijk van Groot-Brittannië. Buitenlandse zaken en defensie hadden bijvoorbeeld nog steeds de verantwoordelijkheid van het Verenigd Koninkrijk en toen op 4 augustus 1914 Groot-Brittannië de oorlog aan Duitsland en later alle Centrale Mogendheden verklaarde werd Canada samen met andere Britse gebieden als Australië en Nieuw-Zeeland automatisch ook bij de oorlog betrokken. Animo om aan de oorlog deel te nemen was desalniettemin groot onder beide taalgemeenschappen en vele tienduizenden soldaten werden naar de fronten in Europa gezonden.

Na eerst een puur vrijwilligersleger op de been te hebben gebracht noopte de lange duur van de oorlog en een afnemend aantal vrijwilligers de regering om in 1917 de dienstplicht in te voeren. De maatregel van het kabinet onder leiding van minister-president Borden stuitte met name in Quebec op veel weerstand en de regering werd erdoor aan het wankelen gebracht. Bordens regering redde het uiteindelijk nadat het met de Liberale oppositie een coalitie van nationale eenheid had gevormd. Deze coalitie behaalde onder de naam Union Party in 1917 de verkiezingswinst en Borden kon verder regeren al bestond de regerende partij uit leden die allen de Engelstalige provincies vertegenwoordigden. Oud minister-president Laurier, die Quebec vertegenwoordigde, maakte geen deel uit van de Unionregering hoewel hij wel tot de daarvan deel uitmakende Liberale Partij behoorde.

De oorlog had als geen andere gebeurtenis tot gevolg dat er een gevoel van Canadese zelfidentiteit werd gevormd onder met name de Engelstalige bevolking. Aanvankelijk vielen de Canadese troepen onder direct bevel van de Britten maar later werden er volledig Canadese eenheden ingezet onder bevel van Canadese officieren. Meerdere belangrijke veldslagen hadden een Canadese inbreng maar het was de slag om een heuvelrug nabij Vimy waar Canadese troepen in de Slag om Vimy Ridge een Duitse stelling innamen die eerder tevergeefs door zowel Britse als Franse troepen was aangevallen. De slag is hét symbool van de Eerste Wereldoorlog voor de Canadezen en er wordt wel gezegd dat na de vorming van de confederatie in 1867, de dag dat deze veldslag plaatsvond Canada haar tweede geboorte onderging.

De oorlog had echter naast een gevoel van nationale trots tevens een hoge prijs in zowel economische als menselijke vorm. De financiële last van de oorlog werd gedeeltelijk door een "tijdelijke" inkomstenbelasting gedragen (hoewel deze nooit is afgeschaft na de oorlog) en de tol in mensenlevens beloopt rond de 60.000 gesneuvelde en ruim 150.000 gewonde Canadese soldaten. Op 6 december 1917 vond er een ramp plaats in de havenstad Halifax in Nova Scotia nadat een Frans munitieschip na een aanvaring met een Belgisch schip in brand vloog en stuurloos in de richting van de haven dreef alwaar een enorme explosie het grootste deel van Halifax verwoeste. Deze ramp had naast de directe gevolgen voor de stad ook een impact op de oorlog daar Halifax een belangrijke schakel was in de handel tussen Noord-Amerika en Europa tijdens het conflict.
Depressie en oorlog (1918-1945)

Terugkerende troepen die in Europa hadden gevochten en een groeiende vakbondsbeweging leidde in de jaren direct na de Eerste Wereldoorlog tot meerdere stakingen en enkele malen ook tot geweld tussen de autoriteiten en arbeiders. Naast de groeiende vakbonden was er ook in politieke zin een verschuiving aan het plaatsvinden in Canada. Regionale partijen begonnen zich te vormen zoals de Social Credit Party in Alberta en meer populistische partijen werden gecreëerd alsmede socialistische partijen, met name gedurende de Grote Depressie die Canada zwaar trof. Minister-president William Lyon Mackenzie King greep een politieke crisis over de ontbinding van het parlement (dat werd geweigerd door de Gouverneur-generaal) aan om tijdens een conferentie van Gemenebestlanden te pleiten voor een herdefiniëring van de rol van de vertegenwoordiger van de Kroon in Canada. Ook kreeg Canada na de Westminster Conference in 1931, net als andere semi-onafhankelijke landen in het Britse rijk, meer autonomie hoewel het Britse parlement nog steeds het laatste woord zou blijven houden ingaande constitutionele zaken.
De Grote Depressie

De westelijke provincies kregen de hardste klappen tijdens de depressie mede veroorzaakt door de hechte economische band die er met de Verenigde Staten bestond. De ineenstorting van de graanmarkt veroorzaakte naast plaatselijke malaise in de prairieprovincies ook nationaal een grote economische neergang daar het Canada’s belangrijkste exportartikel betrof. Ook de industriesector in Ontario en Quebec kreeg met een grote neergang te maken en de Canadese economie had na die van de VS de grootste teruggang ten gevolge van de Grote Depressie. Het duurde tot de uitbraak van de Tweede Wereldoorlog vooraleer de economie haar peil van 1929 weer had bereikt. Tijdens de piek van de depressie was één op de vier werknemers werkloos.

MacKenzie King, de Liberale minister-president, nam aanvankelijk een afwachtende houding aan in het geloof dat de depressie van korte duur zou zijn en geen overheidsinterventie behoefde. Tijdens de verkiezingen van 1930 verloor de regering echter en werd de Conservatieve leider Richard Bennett de nieuwe minister-president. Bennett trachtte een beleid dat gebaseerd was op het New Dealbeleid van de Amerikaanse president Franklin Delano Roosevelt te implementeren maar dit had slechts beperkt succes. Bennett kreeg uiteindelijk de schuld van de durende teruggang van de economie en in 1935 werd opnieuw, voor de derde maal, Mackenzie King met zijn Liberalen door het volk gekozen om de regering te leiden. (Mackenzie King zou uiteindelijk in de 27 jaar tussen 1921 en 1948 in totaal 21 jaar minister-president zijn en daarmee, tot nu toe, de langstzittende minister-president zijn.)

Kampen werden tijdens Bennetts regeerperiode opgezet om werkloze mannen bijvoorbeeld in te zetten voor wegenbouw en andere projecten. De slechte werkcondities in deze kampen zorgde voor een staking in 1935 in Vancouver die uiteindelijk in een landelijk volksprotest ontaarde. Honderden protesterende mensen trokken vanuit Vancouver naar Ottawa maar in Regina, de hoofdstad van Saskatchewan, werd de mars gestopt door de autoriteiten en slechts de leiders van de beweging kregen toestemming naar Ottawa te gaan om met de minister-president te onderhandelen. De onderhandelingen liepen op niets uit en na terugkomst in Regina organiseerden de demonstranten demonstraties die al snel in rellen ontaarden die bloedig werden neergeslagen door de politie. Kort hierna werden er echter hervormingen doorgevoerd door de regering en werden de kampen gesloten.
De wereld in oorlog
Canadese troepen in actie tijdens D-Day, 1944

In de aanloop van de Tweede Wereldoorlog nam Canada in haar buitenlands beleid een opmerkelijk neutrale positie in nadat het sinds de Westminster Conference ook in buitenlandse zaken onafhankelijk van het moederland kon opereren. Mackenzie King verklaarde na een ontmoeting met Hitler dat er geen dreiging van Duitsland uitging en Canada verklaarde Duitsland pas een week na Groot-Brittannië de oorlog.

De Canadese oorlogsbijdrage was onevenredig groot en aan het einde van de oorlog was het land een militaire grootmacht geworden. Bijna 150.000 geallieerde piloten genoten hun training in Canada en de eerste veldslag waar Canada een significante bijdrage aan leverde was de, vergeefse, verdediging van Hongkong tegen de Japanse invasie in 1941. Canadese troepen vochten nadien in diverse veldslagen, onder andere in Italië en op 6 juni 1944, D-Day, had Canada de verantwoordelijkheid voor de invasie op het strand Juno tijdens de geallieerde invasie van Normandië. Samen met de Britten en Amerikanen drongen de Canadese troepen diep Europa in en zij trokken onder meer noordwaarts waar zij in 1944/1945 een belangrijke bijdrage leverden aan de bevrijding van Nederland. In dank voor de Canadese hulp tijdens de bevrijding en het gastvrije ontvangst van de Nederlandse koninklijke familie die uiteindelijk in Canada neerstreek tijdens de bezetting, stuurt Nederland tot op de dag van vandaag ieder jaar 10.000 tulpenbollen naar Canada en wordt ter viering hiervan in Ottawa het jaarlijkse Tulpenfestival gehouden.

Net zoals tijdens de Grote Oorlog werd er aanvankelijk een vrijwilligersleger ingezet gevolgd door een mobilisatieplan dat alleen voor de directe verdediging van Canada kon worden gebruikt. Groot verzet vanuit de Franstalige gemeenschap was hiervoor de hoofdoorzaak en Anglofoon Canada verweet de Franstaligen liever thuis te blijven terwijl hun landgenoten overzees vochten voor hun vrijheid. Uiteindelijk noopte de oorlogssituatie minister-president Mackenzie King om in 1942 een volksraadpleging te houden over de invoering van algemeen dienstplicht. Engelstalig Canada stemde overwegend "ja" terwijl Quebec "nee" stemde met als eindresultaat een comfortabel "ja". Slecht weinig dienstplichtigen werden daadwerkelijk uitgezonden als onderdeel van de bijna 1 miljoen die dienden in de strijdkrachten.
Canada tijdens de Koude Oorlog (1945-1968)

De Koude Oorlog die vrijwel direct na afloop van de Tweede Wereldoorlog begon bracht Canada in militaire zaken en buitenlandse beleid dichter bij de Verenigde Staten dan in de vooroorlogse periode nadat de VS Groot-Brittannië als wereldmacht was voorbijgestreefd. Canada was één van de oprichters van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie en diende onder VN-vlag in de oorlog in Korea aan de zijde van de Verenigde Staten en andere bondgenoten. Ook werd samen met de VS gewerkt aan continentale veiligheid, onder andere door middel van de vorming van een uniform luchtverdedigingscommando in het kader van NORAD.

Langzaam maar zeker begon Canada ook een meer eigen koers te varen. Lester Pearson, die van 1963 tot 1968 twee minderheidsregeringen leidde, won in 1957 de vredesprijs voor zijn inzet om een diplomatieke oplossing te zoeken in de Suezcrisis tussen Egypte en de Frans-Brits-Israëlische alliantie.

Ook economisch was de koers van Canada radicaal anders dan die van de Amerikaanse buur. Canada begon een socialistisch getint beleid te voeren na de oorlog en er werd een welvaartsstaat gevormd. Dit zou later evolueren in onder meer universele, grotendeels gratis, gezondheidszorg voor elke inwoner van het land en liberale sociale zekerheidsvoorzieningen. Canada negeerde het Amerikaanse embargo op het Cuba van Fidel Castro en Pierre Trudeau, minister-president tussen 1968 en 1979 en 1980 tot 1984 was een openlijk sympathisant van de Cubaanse dictator.

Politiek was Canada in de naoorlogse periode tot de jaren ’80 van de 20e eeuw vooral links gericht met meerdere Liberale kabinetten. Van 1957 tot 1963 was echter de Conservatief John Diefenbaker minister-president en het was onder zijn regering dat alle indiaanse bewoners van het land stemrecht kregen voor algemene, federale, verkiezingen. De spanningen tussen Quebec en de Engelstalige gemeenschap begon in de loop van de jaren ’60 ook weer hoger op te lopen. In een poging om de Canadese eenheid te bewaren stelde Pearson voor om een nieuwe, Canadese vlag in te voeren om de Red Ensign, die de Union Jack en een rood veld met het Canadese wapen vertoonde, te vervangen. In 1965 werd uiteindelijk de huidige Esdoornvlag ingevoerd na heftige debatten tussen voor en tegenstanders. De nieuwe vlag werd echter snel door het volk in de armen gesloten als hét symbool van het land. John Diefenbaker die tot het laatst toe vocht voor behoud van de Red Ensign weigerde tot aan zijn dood de nieuwe vlag te accepteren en bij zijn staatsbegrafenis sierde de oude vlag zijn kist.

In deze periode begon ook de roep om een grotere zelfstandigheid in Quebec sterker te worden. Deze Révolution tranquille (Stille Revolutie) was aanvankelijk een vreedzame beweging om Quebec te transformeren in een zelfstandig land. In 1968 werd de separatistische Parti Québecois hiertoe opgericht die in het Federale parlement onder de naam Bloc Québécois zitting heeft.
De Trudeau periode

De regeerperiode van minister-president Trudeau is één van de meest controversiële uit de geschiedenis van Canada. Hoewel hij door velen als tot de beste minister-president gerekend wordt zijn er ook keerzijden van zijn ambtsperiode te noemen. Economisch gezien was zijn beleid er één van neergang, gekenmerkt door socialistisch getinte programma's die de economische prestaties van Canada tot ver onder het gemiddelde van de G7 deed zakken. Ook was zijn beleid ten opzichte van Quebec te veel gericht op het goedgezind houden van die provincie. Daarmee versterkte hij het separatisme van de Quebecois die immer meer speciale bevoegdheden voor de provincie eisen en meestal ook krijgen.
Terreur en Quebec separatisme

Pierre Trudeau begon zijn eerste ambtsperiode als minister-president in 1968 rond welke tijd ook separatistische splintergroeperingen in Quebec werden gevormd die op een meer gewelddadige wijze de onafhankelijkheid van de Franstalige provincie wilden bewerkstelligen. Het Front de Libération du Quebec (FLQ) voerde al sinds 1963 een terreurcampagne die met geweld en bomaanslagen gepaard ging.

In oktober van 1970 bereikte de situatie in Quebec een hoogtepunt nadat het FLQ twee vooraanstaande politici ontvoerde nadat enkel FLQ leden waren gearresteerd. Trudeau riep de noodtoestand uit in de provincie en stelde een wet in werking die de regering in tijd van oorlog speciale bevoegdheden geeft. Voor het einde van het jaar waren alle FLQ leiders opgepakt en liep de terreurcampagne van de groep af.

Hoewel het geweld in Quebec sterk afnam na de uitschakeling van het FLQ was de afscheidingsbeweging politiek verre van over. De Parti Québécois leidde van 1976 tot 1985 de provinciale regering in Quebec City onder leiding van premier René Lévesque. Lévesque voerde een beleid dat tot doel had Quebec autonoom of zelfs geheel onafhankelijk te maken. Er kwam een verbod op het gebruik van Engels en Frans werd de enige officiële taal van de provincie. De volgende stap die werd genomen was het uitroepen van een referendum over de onafhankelijkheidskwestie in 1980. Het referendum, die een vage omschrijving van het uiteindelijke doel hanteerde, werd uiteindelijk vrij eenvoudig met 60% van de uitgebrachte stemmen verworpen.
Relatie met de Verenigde Staten

Onder Trudeau was de relatie met de VS meer gespannen dan gewoonlijk. Canadezen vertoonden altijd al een tendens om zich tegen de machtige buur naar het zuiden af te zetten en anti-amerikanisme kan zelfs gezien worden als een van de weinige echt Canadese trekjes.

Canada hield zich buiten de oorlog in Vietnam, al verkocht het wel militair materiaal aan de VS tijdens het conflict. Het werd voor mensen die in de VS de dienstplicht ontliepen, of deserteerden uit het Amerikaanse leger, makkelijk gemaakt om in Canada als immigrant opgenomen te worden en zo'n 125.000 personen maakten daar gebruik van. Aan de andere kant gingen ook enkele duizenden Canadese vrijwilligers naar de Verenigde Staten om in de Amerikaanse strijdkrachten te dienen in Vietnam en vele bleven na afloop van de oorlog in de VS en werden aldaar staatsburger.
Canada krijgt een eigen grondwet

Hoewel Canada sinds de Westminster Conferentie in 1931 vrijwel geheel onafhankelijk was lag het laatste woord aangaande bijvoorbeeld wijzigingen in de Canadese staatsinrichting of van de Britse wetten die Canada's grondwet vormde nog altijd bij het parlement van Groot-Brittannië en alle wijzigingen in die wetten die Canada wilde doorvoeren moesten aan het parlement in Londen worden voorgelegd ter goedkeuring. Trudeaus regering wilde aan deze situatie een einde maken en op aandringen van de Canadese regering nam het Britse parlement in 1982 de Canada Act aan die alle bevoegdheden aangaande Canada volledig aan dat land liet. Trudeau voerde in dat jaar tevens het Canadian Charter of Rights and Freedoms waarin rechten en vrijheden in zijn vastgelegd. Beide acties van Trudeaus regering zijn nog steeds controversieel, met name de Charter die op veel verzet stuitte. Om de Charter door de Canadees Parlement goedgekeurd te krijgen en door de provincies geratificeerd te worden werd Trudeau gedwongen hierin een clausule in op te nemen waarbij zowel provinciale regeringen als de Federale overheid in Ottawa de bevoegdheid kregen delen van het Charter voor onbepaalde tijd nietig te verklaren. Deze clausule is tot op heden nog nooit gebruikt.
Mulroney
Minister-president Brian Mulroney kijkt samen met de Amerikaanse en Mexicaanse presidenten toe tijdens de ondertekening van het NAFTA-verdrag

Bij de Federale verkiezingen van 1984 werden de Progressief Conservatieven van Brian Mulroney de grote winnaars. Onder Mulroney verbeterde de relatie met de Verenigde Staten aanzienlijk en Mulroney had een goede persoonlijke band met president Ronald Reagan. Eén van Mulroneys doelen als minister-president was de totstandkoming van een vrijhandelsverdrag met de Amerikanen. De kwestie was niet geheel onomstreden in Canada waar tegenstanders van de overeenkomst die uiteindelijk in 1989 werd gesloten, het Canada-United States Free Trade Agreement, de vrees uitspraken dat het Amerikaanse bedrijven te veel invloed in Canada zou geven. De overeenkomst zou enkele jaren later, in 1992, uitgebreid worden na toetreding van Mexico en de totstandkoming van het Noord-Amerikaanse Vrijhandels Overeenkomst, het NAFTA.

Op buitenlands gebied liep Canada onder Mulroney meer in de pas met haar traditionele bondgenoten en vooral met de VS en in 1990 liep Canada voorop in de veroordeling van de Iraakse bezetting van Koeweit. Canada deed, bescheiden, mee aan de militaire operatie die in 1991 onder VN vlag Saddam Hoesseins troepen uit Koeweit verdreven. Canada leed geen verliezen ten gevolge van de oorlog maar het was de eerste maal sinds de Koreaoorlog dat Canadese troepen in gevechtshandelingen waren betrokken nadat de diverse Liberale regeringen de nadruk op VN "vredesmissies" legde.

De door Trudeau doorgedrukte grondwet was door de provincie Quebec nimmer ondertekend en in de eerste jaren van zijn minister-presidentschap probeerde Mulroney deze grondwet zodanig te wijzigen dat het voor de Franstalige provincie beter verteerbaar werd. In 1987 werd het zogenaamde Meech Lake Akkoord gesloten en aan de 10 provincies voorgelegd maar het verkreeg niet de vereiste goedkeuring. Het 5 jaar later in Charlottetown gesloten Charlottetown Akkoord deed een nieuwe poging de grondwet aan te passen en ditmaal werd het akkoord aan het volk voorgelegd in een nationaal referendum. De tanende populariteit van de regering, die een jaar eerder het zeer onpopulaire GST (goederenbelasting vergelijkbaar met de btw) had ingevoerd, was er mede debet aan dat dit akkoord niet door het referendum werd goedgekeurd.

De goederenbelasting, het afgekeurde Charlottetown Akkoord en een economische neergang aan het begin van de jaren 1990 leidde tot het aftreden van Mulroney ten gunste van de nieuwe leider van de Progressief-Conservatieven, Kim Campbell die in 1993, voor slechts vijf maanden, Canada's eerste vrouwelijke minister-president werd. In de door haar voor het najaar van 1993 uitgeroepen Federale verkiezingen kregen de Progressief-Conservatieven echter een enorme klap te verwerken en kwam de Liberale Partij, ditmaal onder leiding van Jean Chrétien aan de macht en werd de PC gereduceerd tot slechts 2 zetels in het Federale Parlement.
Chrétien, Martin en Harper

De mislukte pogingen om Quebec met de grondwet te verzoenen en een groeiend nationalisme in de Franstalige provincie leidde in het begin van Chrétiens regeerperiode opnieuw tot een referendum over mogelijke onafhankelijkheid van Quebec. Ditmaal was de uitkomst van het referendum tot op het laatste moment onzeker en uiteindelijk werd het slechts zeer nipt met 50,58% - 49,42% van de uitgebrachte stemmen afgewezen.

Economisch gezien ging het na de recessie van het begin van het decennium in het midden van de jaren 1990 weer beter met het land. De Liberalen, die in de verkiezingscampagne van 1993 hadden beloofd de GST weer te zullen afschaffen sloegen die belofte in de wind toen ze aan de macht waren gekomen, mede door de economisch slechte situatie van dat jaar. Het financiële beleid van de regering zorgde er echter in de loop van Chrétiens regeerperiode voor dat Canada als enige G7-lid een begrotingsoverschot kende. De waarde van de Canadese Dollar was echter in die zelfde periode fors gedaald ten opzichte van de Amerikaanse munt.

Inzake volksgezondheid kwam tijdens het Liberale bewind langzaamaan meer en meer kritiek op de "universele gezondheidszorg" die, meestal gratis, iedere Canadees dezelfde zorg leverde. Vele miljarden dollars die keer op keer in de gezondheidszorg werden gepompt losten echter niet de steeds langer wordende wachtlijsten op en enkele provincies begonnen te experimenteren met gedeeltelijke private zorg, los van het overheidssysteem. Slechts weinig succes kwam hieruit voort echter doordat geen enkele politicus de moed had serieus het debat over het "ideale" zorgsysteem van Canada te openen. Vele doktoren verlieten Canada om in de VS werkzaam te worden en in vele steden is er een nopend tekort aan huisartsen en specialisten.

In 1999 kreeg de kaart van Canada een ander uiterlijk toen op 1 april van dat jaar de Northwest Territories werd opgesplitst en het oostelijk deel een semi-autonoom thuisland voor de Inuit werd onder de naam Nunavut.
9/11 en de Strijd tegen Terrorisme

Gedurende de regeerperiode van Chrétien en zijn opvolger Paul Martin werd het defensiebudget keer op keer ingekrompen. Het leger kreeg aan het begin van de 21e eeuw te maken met problemen veroorzaakt door verouderd materiaal en lage budgetten. De hoogste generaal van Canada in 2006, Generaal Rick Hillier zou deze periode een desastreus decennium noemen.

Op de morgen van 11 september 2001 werden de Verenigde Staten aangevallen door islamitische terroristen. De beide torens van het World Trade Center in New York City stortten in en een deel van het Pentagon werd verwoest. Na een aanslag op een vliegtuig van Air India die op een vlucht van Canada naar India ten zuiden van Ierland werd opgeblazen (waarbij 329 personen waaronder 280 Canadezen omkwamen) was dit de ernstigste aanslag met meerdere Canadezen onder de slachtoffers. Canada sloot zich aan bij de Verenigde Staten in de strijd tegen terrorisme en stuurde troepen naar Afghanistan waar zij aanvankelijk na de omverwerping van het Taliban schrikbewind in het relatief veilige Kaboel werden ingezet.

Ook op een andere, opmerkelijke, manier kreeg Canada met de directe nasleep van 9/11 te maken. De volledige sluiting van het luchtruim boven de Verenigde Staten zorgde ervoor dat vele tientallen internationale vluchten die op weg waren naar de VS maar niet konden terugkeren naar hun vertrekplaatsen, moesten uitwijken naar vliegvelden overal in Canada. Met name Gander, in Newfoundland kreeg met een influx van tientallen vluchten te maken die vele honderden passagiers in het dorpje deed stranden. Een groot deel van de inwoners van Gander namen de gestrande passagiers gastvrij op totdat het luchtruim weer werd opengesteld.

Aanvankelijk had Chrétien in de aanloop naar de invasie van Irak aan de Amerikanen verkondigd deel te zullen nemen aan de Coalition of the Willing maar op het laatste moment trok hij die belofte in. Hoewel de Irakoorlog in Canada niet bijzonder populair is kreeg hij over zijn manier van doen wel kritiek te verwerken. Het was voor de eerste maal dat tijdens een internationaal conflict Canada niet aan de kant van haar drie belangrijkste Engelssprekende bondgenoten (de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Australië) stond.
Sponsorship Schandaal en een verenigd Rechts
Huidig minister-president Stephen Harper

Na het zware verlies van het Conservatieve kamp in de verkiezingen van 1993 duurde het lange tijd voordat de rechtse partijen weer invloed van betekenis kregen. Verschillende, veelal regionale, conservatief georiënteerde partijen ontstonden zoals de Reformparty en de Canadian Alliance die in het Canadees Parlement vertegenwoordigd waren.

In 2003 kondigde Jean Chrétien na tien jaar minister-presidentschap zijn vertrek aan en werd Paul Martin gekozen als de nieuwe leider van de Liberalen en dus minister-president. De Liberalen ondertussen kregen te maken met een aantal schandalen en werden door velen arrogant genoemd en verweten aan machtshonger te leiden. In 2004 besloten de twee grootste conservatieve partijen, de Canadian Alliance onder leiding van Stephen Harper en de Progressief Conservatieven van Peter MacKay te onderhandelen over een fusie om zo een verenigd rechtse partij te vormen als serieus alternatief tegen de van corruptie beschuldigde Liberalen. Slechts enkele maanden nadat deze onderhandelingen in de vorming van de Conservatieve Partij van Canada resulteerde, riep Martin, gesteund door een comfortabele voorsprong in de peilingen, verkiezingen uit om zo zijn eigen mandaat te bemachtigen. De campagne werd gekenmerkt door aantijgingen tegen vermeend Liberaal wanbeheer en een barrage van negatieve advertenties die Stephen Harper, die inmiddels was verkozen tot leider van de nieuwe Conservatieve Partij, demoniseerde. Uiteindelijk ontaarde de verkiezingen uit in een Liberaal minderheidskabinet met een sterk vergroot Conservatieve oppositie.

Kort na de verkiezingen kwam bewijs boven water, aangedragen door de Canadese Auditor General, van een omvangrijk corruptieschandaal die tot in de hoogste kringen van de Liberale Partij doordrong. In totaal was zo'n $250 miljoen dollar aan publieke gelden verdwenen, onder meer aan reclamebureaus in Quebec die de Liberale Partij goedgezind waren en die voor onbelangrijke of zelfs fictieve projecten werden betaald in ruil voor het in een goed daglicht stellen van Canada en de Liberale Partij in het bijzonder in de afvallige Franstalige provincie.

In licht van dit Sponsorship Schandaal diende de Conservatieve oppositie in mei 2005 in het parlement een motie in die de regering aanraadde af te treden. Alhoewel de motie nipt werd aangenomen sloeg Martin deze in de wind doordat volgens hem de correcte procedure niet was gevolgd. In plaats van, zoals gebruikelijk, meteen na een dergelijk besluit in het parlement zelf de vertrouwenskwestie aan een stemming te onderwerpen volgde een week van politiek touwtrekken en een constitutionele crisis was een feit. Uiteindelijk lukte het Martin om één lid van de oppositie naar de Liberale fractie te trekken in ruil voor een kabinetspositie en stelde de Liberale regeringspartij de vertrouwenskwestie voor die in een gelijke stemming resulteerde met als gevolg dat de voorzitter van het Canadees Lagerhuis, een Liberaal, in voordeel van de regering besliste.

Deze cynische gang van zaken koste de liberalen veel steun en nadat in het najaar van 2005 een onderzoeksrechter een eerste rapport ingaande het Sponsorship Scandal publiceerde verenigde alle oppositiepartijen zich en werd een directe motie van wantrouwen die het kabinet verweet geen moreel recht meer te hebben om te regeren aangenomen en moest Martin aftreden.

In de aanloop naar de verkiezingen die voor januari 2006 werden uitgeroepen trachtte Martin met recorduitgaves de kiezers wederom voor zich te winnen maar uiteindelijk werden de Conservatieven, die met 5 kernpunten een inhoudelijke campagne voerde, in een minderheidskabinet verkozen en op 6 februari 2006 werd Stephen Harper ingehuldigd als de eerste Conservatieve minister-president in meer dan 12 jaar.


==Uitgaan==
==Uitgaan==

Versie van 18 jan 2013 19:21

noframe
Vlag
Vlag van Canada
Beknopt
Hoofdstad Ottawa
Regering Federatie met parlementaire democratie en constitutionele monarchie
Munt Canadese dollar (CAD)
Oppervlakte 9.976.140 km2
Bevolking 33.390.141 (juli 2007)
Taal Engels 59,3% (officieel), Frans 23,2% (officieel), anders 17,5%
Religie Rooms Katholiek 43,6%, Protestants 29,2%, Geen religie 16,5%, Anders 10,7% (telling 2001)
Oproepcode 1
Internet TLD .ca

Canada is het op een na grootste land ter wereld in het noorden van Noord Amerika.

Regio's

Canada in een enkele reis helemaal afwerken is een enorme onderneming. Meer dan 5.000 kilometer scheiden St. John's, Newfoundland van Victoria, BC (ongeveer dezelfde afstand als tussen Londen en Riyadh of Tokio en Calcutta). Van het ene uiteinde van het land naar het andere rijden kan makkelijk 7 tot 10 dagen duren, er dan nog van uitgaand dat u onderweg niet te vaak stopt voor het uitzicht. Een vlucht van Toronto naar Vancouver duurt ruim 4 uur. Het is dan ook beter om de verschillende regio's apart te bezoeken.

Regio's in Canada
Atlantische Provincies (New Brunswick, Newfoundland en Labrador, Nova Scotia, Prins Edwardeiland)
maritieme cultuur, kleine vissersdorpjes, rijke folktradities
Quebec
Franstalige provincie, stijlvol en romantisch Montreal, historisch en Europese Quebec (stad), festivalcultuur, weelderig platteland, schilderachtige dorpen
Ontario
multicultureel en bruisend Toronto, de Niagara-wijnregio, de immense en Taiga boreale-bossen, Ottawa
Prairies (Alberta, Manitoba, Saskatchewan)
uitgestrekte open en vlakke ruimtes, rotsachtige bergen, bossen, slaperige plattelands-steden; Calgary als Foothill-metropool, Edmonton als winkelhoofdstad, en Winnipeg als historische stad, zijn de belangrijkste gebieden.
Brits-Columbia
de kosmopolitische stad Vancouver, de Rocky Mountains, een oud gematigd regenwoud, ongerepte natuur, ski-en wandel-mogelijkheden in overvloed
Noord-Canada (Northwest Territories, Nunavut, Yukon Territory)
subarctisch en arctische wildernis, bergen, gletsjers en meren

Steden

Andere bestemmingen

Info

Geschiedenis

Klimaat

Canada kent een aantal klimaatzones:

  • In het oosten (Nova Scotia, New Brunswick, Prince Edward Island) wordt het klimaat enigszins gematigd door de Atlantische Oceaan. De zomers zijn relatief nat, de winters zijn minder koud dan in het nabijgelegn Quebec en Ontario.
  • Quebec en Ontario: De winters kunnen hier zeer steeng zijn (in Montreal wordt het regelmatig kouder dan -25 graden!). De zomers daarentegen zijn over het algemeen redelijk warm (tussen de 20 en 30 graden en niet al te veel neerslag)
  • de Prairies (Manitoba, Saskatchewan en Alberta): warme droge zomers en strenge koude winters.
  • In het westen (Brits-Columbia): gematigd klimaat door de invloed van de Stille Oceaan (met name aan de westzijde van de Rocky Mountains, ook al is deze kant van de Rocky Mountains tamelijk sneeuwzeker).
  • Het noorden (Yukon Territory, Northwest Territories en gedeeltes van Manitoba, Ontario en Quebec alsmede Labrador: Toendraklimaat: korte koele zomers en strenge winters.

Bevolking

Kunst & cultuur

Feestdagen

1 juli Canada day Op deze dag vieren ze de "onafhankelijheid" van Canada

Arriveren

Paspoort en visuminfo

Nederlanders en Belgen hebben geen visum nodig voor een bezoek aan Canada, maximum verblijf 180 dagen. Dit geldt voor zakelijke of toeristische bezoeken. Mensen die er gaan studeren of werken hebben wèl een visum nodig. Je kunt dit zelf aanvragen of je laten assisteren door een van de commerciële bedrijven die er zijn op dit gebied. Visumdienst

Per vliegtuig

Vanuit Amsterdam zijn er rechtstreekse vluchten naar Toronto, Montreal, Calgary en Vancouver. Al deze bestemmingen worden rechtstreeks non-stop door KLM bediend vanuit Amsterdam; Toronto dagelijks (sommige dagen zelfs met twee vluchten per dag), Montreal dagelijks, en Calgary en Vancouver 4 tot 6 maal per week. Alle andere belangrijke Canadese steden zijn vanuit Amsterdam bereikbaar met KLM/Delta Airlines, met overstappen in Detroit, Minneapolis/St.Paul, Boston of Seattle.

Per trein

Vanuit de VS rijden er treinen naar Canada op de volgende routes:

  • New York - Montreal
  • New York - Niagara Falls - Toronto
  • Seattle - Vancouver

Informatie bij Amtrak, de Amerikaanse spoorwegen.

Per auto

De grenspassage tussen Canada en de VS is meestal snel en efficiënt. Reizigers van buiten de VS en Canada die niet per vliegtuig de VS binnenkomen of verlaten, vallen in ieder geval nog onder het "oude" regime. Er hoeft dus niet vooraf via internet een visum waiver of electronic travel permit te worden aangevraagd. Bij de Canadees - Amerikaanse grens is de procedure dat je (indien je niet terugkeert naar de VS) je het door de Amerikaanse ambtenaren van Homeland Securety afgegeven groene kaartje aan de Canadese ambtenaar van de CBSA (Canadian Border Securety Authority) afgeeft. Reken bij grote drukte op enig oponthoud. Belangrijke grensovergangen met de VS zijn: Calais/St.Stephen (Maine/New Brunswick); Houlton/Woodstock (Maine/New Brunswick); Armstrong (Quebec/Maine); Champlain (Quebec/New York) ; Thousand Islands (Ontario/New York); Niagara Falls (3 grensovergangen tussen Ontario en New York); Windsor/Detroit en Sarnia/Detroit (Ontario/Michigan). Tevens zijn er een aantal grote grensovergangen tussen Vancouver (Brits-Columbia) en Seatle (Washington State).

Per bus

Greyhound onderhoudt busdiensten tussen diverse Canadese steden en bestemmingen in de aangrenzende Amerikaanse staten.

Bus huur: Autocar Begin [1]

Per boot

Er zijn veerdiensten tussen Bar Harbour (Maine USA) en Yarmouth (Nova Scotia) en tussen Victoria (Brits-Columbia) en Anacortes (Washington State , USA).

Rondreizen

Per vliegtuig

Air Canada en Westjet zijn de belangrijkste Canadese vliegmaatschappijen. Daarnaast zijn er enkele kleinere maatschappijen die vooral in de afgelegen noordelijke provincies het vervoer door de lucht verzorgen.

Per trein

Via Rail, de Canadese spoorwegen, onderhouden regelmatige diensten op de "corridor" Quebec (stad) - Montreal - Toronto - Windsor (Ontario, tegenover Detroit) met zijlijnen Toronto - Ottawa en Montreal - Ottawa.

Er rijdt iedere dag een trein van Montreal naar New York, en van Toronto via Niagara Falls naar New York.

Trans Canada heeft een trein van Toronto via Winnipeg - Edmonton en Kamloops (BC) naar Vancouver. Deze reis duurt ongeveer 2 1/2 dag.

Ook rijdt er dagelijks een trein vanuit Montreal naar Halifax (Nova Scotia) met doorgaande rijtuigen naar Gaspé (Quebec).

Per auto

Houdt rekening met de grote afstanden. In Canada rekent men in meters, kilo's en liters en het verkeer rijdt gewoon rechts, ondanks het feit dat Canada als lid van het gemenebest staatkundig nog bij Engeland hoort (De Engelse Koningin is formeel het staatshoofd van Canada). Je mag met je huurauto de Verenigde Staten in maar de auto moet weer in Canada ingeleverd worden. Als je met je auto naar de Verenigde Staten gaat, let er dan op dat in de VS de afstanden gemeten worden in miles (1 mijl is ongeveer 1600 meter) en dat de benzine in gallons (3,4 liter) verkocht wordt.

De benzineprijs in Canada ligt tussen de CAD 1,20 en CAD 1,30 per liter (juli 2011) (omgerekend ca EUR 1,00 per liter).

De toegestane maximumsnelheid in Canada is afhankelijk van de provincie: In Quebec en Ontario mag je op de snelweg maximaal 100km/u in New Brunswick 110 km/u. De maximum snelheid staat duidelijk aangegeven met grote witte rechthoekige borden. De snelheid wordt gecontroleerd mbv. laserguns en ook vanuit de lucht. De boetes op snelheidsovertredingen zijn hoog. Let erop dat de tekst op de verkeersborden in Quebec uitsluitend in het Frans is en dat de borden in Ontario en New Brunswick 2-talig zijn (Engels en Frans).

Het is toegestaan om rechtsaf te slaan door rood verkeerslicht na eerst volledig tot stilstand te zijn gekomen. Dit mag echter niet als er een bord bij het betreffende stoplicht staat met de tekst: "No right turn on red" of "Tourner droite a feu rouge interdit". Op het eiland van Montreal (de stad Montreal) is het overal verboden om door rood licht rechtsaf te slaan.

Per bus

Greyhound Canada onderhoudt de busdiensten over de lange afstand ten westen van Montreal. In de Provincie Quebec onderhoudt Orleans Express de langeafstands busdiensten, in de Atlantische Provincies (New Brunswick, Prince Edward Island, Nova Scotia en New Foundland) worden de diensten onderhouden door Acadia Lines.

Belangrijke verbindingen zijn:

  • Ottawa-Montreal (Greyhound, bijna ieder uur, 2 uur rijden)
  • Quebec-Montreal (Orleans Express,ieder uur, 2 1/2 a 3 uur rijden)
  • Toronto-Ottawa (Greyhound, 6-8x per dag, 4 uur rijden)
  • Toronto-Montreal (Greyhound, 8x per dag, 5 uur rijden)
  • Vancouver-Calgary (Greyhound, 4 a 5x per dag, 10-12 uur rijden)
  • Edmonton-Calgary (Greyhound, regelmatig, 2 1/2 uur rijden)

Trans-Canada met Greyhound (Toronto-Vancouver): reken erop dat je ca 3 dagen onderweg bent!

Bus huur: Autocar Begin [2]

Per boot

Ten oosten van Quebec (stad) zijn er een aantal veerdiensten over de St.Lawrence Rivier.

Taal

De officiele talen van Canada zijn Engels en Frans. Met uitzondering van het platteland van Quebec (ten oosten van Montreal) kun je overal met Engels terecht. Het kan handig zijn als je redelijk Frans spreekt, niet alleen in Quebec, maar ook in New Brunswick, de enige officieel tweetalige provincie van Canada. Let er wel op dat het Canadese Frans enigszins afwijkt van het Frans wat in Europa gesproken wordt. Ook het vaak "harde" , Engels aandoende accent van het Quebecois doet vaak erg vreemd aan...

Geldzaken

De Canadese munt is de Canadese Dollar (CA$ of CAD), ook wel Loony of Maple Leaf genoemd (of Piaster in Quebec). Er zijn munten van 2 Dollar ("Tloony"); 1 Dollar ("Loony"); 25 Cent ("Quarter"); 10 Cent ("Nickel"), 5 Cent ("Dime") en 1 Cent ("Penny"). De munten van 25 Cent, 10 Cent, 5 Cent en 1 Cent zijn qua vorm gelijk aan hun Amerikaanse soortgenoten.

Creditcards (American Express, Mastercard en Visa) worden praktisch overal geaccepteerd, en met je Nederlandse of Belgische pinpas (mits voorzien van Cirrus- of Maestro-logo) kun je bij de meeste geldautomaten cash opnemen van je Nederlandse of Belgische bankrekening (houd wel rekening met transactiekosten, vraag hiernaar bij je bank in Nederland of België).

Belasting

Het merendeel van de prijzen die je bij artikelen ziet zijn de bruto prijzen. Hierbovenop komt nog de GST (Good & Services Tax) van 5% en de PST (Provincial Sales Tax) welke per provincie verschillend is (tussen 5 en 8 procent). Sinds 1 juli 2010 is in British Columbia de belasting aangepast, de GST en PST zijn samengenomen. Het belasting percentage is 12%.

Kosten

Benzine is in verhouding tot Nederland of België erg goedkoop. De prijs voor "regular" bedraagt tussen de CAD 1,20 en CAD 1,30 per liter (juli 2011)(inclusief belastingen!). Een auto huren is dus een goedkope manier om te reizen.

Kopen

Behalve de gebruikelijke souvernirs zoals T-shirts met de Maple Leaf of Fleur de Lys (in Quebec) en pluche Beren, Elanden en Bevers in RCMP uniform, is er een typisch Canadees product: Maple Syrup. Dit is het sap van de Ahornboom. In April begint de sapstroom van deze bomen te lopen en dit sap wordt dan uit de boom afgetapt door kerven in de stam te maken. Het sap wordt vervolgens verwarmd en weer afgekoeld in pas smeltende sneeuw. Hierdoor ontstaat een stroopachtige substantie: de Maple Syrup (Sirup d'Erable). Vooral in Quebec en Ontario wordt Maple Syrup in grote hoeveelheden geproduceerd. De Canadezen gebruiken Maple Syrup vooral bij het ontbijt waarbij versgebakken pannenkoeken ("Crepes") overgoten worden met grote hoeveelheden Maple Syrup.

Canada is (zij het op bescheiden schaal) ook een wijnproducent. Wijngaarden zijn vooral te vinden op het Niagara schiereiland in Ontario, ten zuidoosten van Montreal in Quebec en in het zuiden van Brits-Columbia (Okenagon Valley). Een speciaal product is de "Icewine". Door de strenge winters in Quebec en Ontario bevriezen de druiven die laat geoogst worden. Hieruit wordt een speciale zoete dessertwijn gemaakt, vergelijkbaar met de Duitse "Eiswein" uit de Moezelregio.

Eten

De bekende Amerikaanse fastfoodketens zijn rijkelijk vertegenwoordigd in Canada. Voor hamburgers ga je naar de MacDonalds of de Burgerking, voor belegde broodjes ga je naar de Subway. De beste koffie in Canada is verkrijgbaar bij Tim Hortons (Canada-wide gevestigde koffietent waar ook Donuts en Muffins verkocht worden) en Starbucks.

Geschiedenis

Uitgaan

Overnachten

Hotels, Motels, Backpacker Hostels en Campings zijn in ruime mate aanwezig in Canada. Reken voor een hotelovernachting minimaal rond de CAD 80,- (plus tax) per kamer per nacht. Een motelovernachting kost veelal rond de 60 á 70 dollar (plus tax) per nacht, veelal inclusief ontbijt.

Hotel en motellijsten zijn per provincie verkrijgbaar bij de provinciale tourist offices: kantoren zijn gevestigd in de grote steden en aan de grote wegen bij de provinciegrenzen.

Leren

Werken

Veiligheid

Grote Steden

De grote steden zijn naar Europese maatstaven vrij veilig, al zijn er gebieden waar je je beter niet na donker kunt vertonen. De metrosystemen in Toronto en Montreal zijn verassend schoon en veilig (mede door de strenge ingangscontrole). Er wordt op straat veel gebedeld. Gewoon niets van aantrekken en doorlopen.

Buiten de grote steden en dan met name in de nationale parken en berggebieden zijn de gevaren van dierlijke aard:

Elanden, Herten en ander overstekend groot wild

Op veel wegen zie je waarschuwingsborden voor overstekende Elanden. Deze staan er niet voor de sier: Elanden (Elk/Moose) komen vooral tevoorschijn tijdens de ochtend- en avondschemering. Door hun grote gewicht kan een aanrijding dodelijk aflopen (zowel voor Eland als bestuurder van het voertuig!). Rijdt 's Avonds en 's Nachts zeer voorzichtig of beter nog: ga bij schemer of donker helemaal niet rijden buiten stad of dorp op onverlichte wegen!

Beren

"You are in Bear Country/ Vous etes dans le Pays des Ours". Deze waarschuwing staat in veel nationale en provinciale parken. In Canada komen de volgende 4 soorten beren voor:

  • Bruine beer: komt voor in de meeste bergachtige gebieden in alle provincies. Is herkenbaar (hoe kan het ook anders) aan zijn bruine vacht. Ze zijn gek op vruchten en zoetigheid.
  • Zwarte beer: komt voor in het oostelijke gedeelte van Quebec (Parc Nationalde Fourillon en Gaspesie schiereiland), maar ook in de Rocky Mountains. Ze zijn herkenbaar aan hun zeer donkere, zwarte vacht
  • Grizzly Beer: komt voor op de berghellingen van de Rocky Mountains, vooral in het noorden van British Columbia en in Yukon. Is erg groot (staand 3 meter) en kan erg agressief zijn. Qua uiterlijk lijkt deze beer op de bruine beer.
  • IJsbeer (Polar Bear): komt voor rond de Hudson Bay, met name rond Churchill (Manitoba). De beste tijd van het jaar om deze witte reuzen te zien is oktober. Met name in Noord-Manitoba worden er dan speciale tours georganiseerd, maar let op: deze beren zijn erg gevaarlijk.

Voor alle beren geld: Blijf bij ze uit de buurt. Kom je ze toch tegen, handel dan als volgt:

Als je met de auto bent: Verlaat de auto niet en als je ze wilt fotograferen, doe dit dan door de ruit van de auto heen (draai in geen geval het raam open!)

Als je lopend bent: maak in de eerste plaats voldoende lawaai om een ontmoeting met een beer uit de weg te gaan => beren hebben het niet zo op mensen en zullen een ontmoeting uit de weg gaan. Kom je er desondanks een tegen, probeer afstand te houden en met praten de beer op de vlucht te jagen. Probeer in geen geval weg te rennen, je maakt geen schijn van kans want een beer loopt met gemak 50 km/u. Klim ook niet in een boom want zwarte en bruine beren kunnen goed in bomen klimmen. Een Grizzly kan welliswaar niet in bomen klimmen, maar zal misschien proberen de boom omver te slaan. Als een beer jongen bij zich heeft, zorg dan dat je in geen geval tussen moeder en jongen terecht komt!

Bij kamperen in het wild: voorkom dat je eten of etensresten laat liggen: dit trekt beren juist aan. Je zult in Nationale parken speciale "Bear-proof" kisten en vuilnisbakken aantreffen waarin eten in bewaard kan worden of afval in weggeworpen kan worden. Als je met de auto of camper bent, laat het eten in de auto of camper, neem het in geen geval mee je tent in. Beren hebben een uitstekend reukvermogen en zullen het eten altijd ruiken. Als ze er moeilijk bij kunnen komen zullen ze wel weggaan en ergens anders naar makkelijker verkrijgbaar eten gaan zoeken.

Gezondheid

Respect

Contact

Vertrekken

Dit artikel is nog geheel in opbouw. Het bevat een sjabloon, maar nog niet genoeg informatie om bruikbaar te zijn voor een reiziger. Duik erin en breid het uit!


Regio's van de Verenigde Staten van Amerika

Alaska · Great Plains · Hawaï · Midden-Atlantische staten · Middenwesten · New England · Noordwesten · Rocky Mountains · Zuiden · Zuidwesten

Landen in Noord-Amerika
Canada:Canada
Caraïben:Antigua en Barbuda · Bahama's · Barbados · Bermuda · Cuba · Dominica · Dominicaanse Republiek · Grenada · Haïti · Jamaica · Saint Kitts en Nevis · Saint Lucia · Saint Vincent en de Grenadines · Trinidad en Tobago
Centraal-Amerika:Belize · Costa Rica · El Salvador · Guatemala · Honduras · Nicaragua · Panama
Groenland:Groenland
Mexico:Mexico
Verenigde Staten:Verenigde Staten
Bestemmingen
Continenten:Afrika · Azië · Europa · Noord-Amerika · Oceanië · Zuid-Amerika
Oceanen:Atlantische Oceaan · Grote Oceaan · Indische Oceaan · Noordelijke IJszee · Zuidelijke Oceaan
Poolgebieden:Antarctica · Noordpoolgebied
Zie ook:Ruimte