Muscat
Muscat (Arabisch: مسقط, ook gespeld als Mascate, Maskat of Masqat) is de hoofdstad van Oman.
Indo
[bewerken]De haven van Muscat was reed in de 9e eeuw belangrijk, vooral voor schepen onderweg naar India. De haven ontwikkelde zich verder, maar had zware concurrentie van de havens van Sohar en Hormuz in Iran. In 1507 landden de Portugezen, onder leiding van Vasco da Gama, voor het eerst in Muscat. Ze bezetten de stad om zo de handel in de Perzische Golf te kunnen controleren. Tot ongeveer 1650 behielden de Portugezen deze handelspost in Oman. Ter verdediging van de natuurlijke haven, bouwden zij op het hoger gelegen deel van de stad de forten Al Mirani en Al Jalali. In 1650 werden ze door de Yaruba-dynastie onder Sultan ibn Saif I verdreven. Van 1650 tot 1808 was Muscat de zetel van de sultans van deze dynastie. Tegen het einde van de 19e eeuw werd de stad ommuurd met een 4,5 meter hoge muur. Sinds 1970 werd de stad gemoderniseerd. Met de exportopbrengst van olie werd de Haven Sultan Qaboes de belangrijkste handelshaven van het land.
Arriveren
[bewerken]Per Vliegtuig
[bewerken]De internationale luchthaven van Muscat (IATA: MCT, ICAO: OOMS) is de grootste luchthaven van Oman en is de thuisbasis van de nationale luchtvaartmaatschappij Oman Air. De luchthaven ligt op 32 kilometer van de hoofdstad.
Per Trein
[bewerken]Per Auto
[bewerken]Per Bus
[bewerken]Per Boot
[bewerken]Rondreizen
[bewerken]Bekijken
[bewerken]- Al Alam-paleis - Het paleis van de sultan.
- Sultan Qaboes-moskee
- Koninklijke Opera van Muscat
- De Stadsmuur met de poorten al-Bab al-Kabir (Grote poort), Bab al-Matha'ib, al-Bab as-Saghir (Kleine poort) en Bab al-Waldschat.
- Soek van Muttrah
- Fort al-Jalali
- Fort al-Mirani